Abon sapi

500 gr. runderlappen, 1,5 tl djinten, 3 tl ketumbar, 2 tl gula jawa, 2 sjalotten, 2 tl limoensap, 3 tn knoflook, zout, 3 el olie, 1/8 blok kokoscreme (santen), 1/3 tl laos, 2 salamblaadjes, 250 ml water.

Leg het vlees in een pan met het water en breng aan de kook. Laat daarna het vlees 2.5 uur zachtjes sudderen totdat het gaar is. Haal vervolgens het vlees uit de pan en rafel het vlees uit elkaar. Vermeng daarna in een kom het vlees met de fijngesneden sjalotten, de knoflook, de ketumbar, de djinten, de laos, de gula jawa, het limoensap en zout naar smaak. Verhit vervolgens de olie in een wok/wadjanpan en bak hierin het mengsel 5 min. Voeg dan de kokoscreme, 100 ml water en de salamblaadjes toe en laat dit zachtjes stoven tot bijna al het vocht is verdampt. Verwijder de salamblaadjes voor het serveren. Abon is een bijgerecht en moet goed "droog" worden gebakken, zodat het ook kan worden bewaard.

Bumbu kerrie van vlees

 500 gr.poulet van rundvlees, 1 ui, 3 tn bawang putih, 1 el fijn gemalen kemiri, 1,5 tl jinten, 1 el ketumbar, 1 el laospoeder , 1 stengel serai in de helft open gesneden, 2 a 3 daon salam, 1½ tl trassi, 1 el kunyitpoeder, 3 kopjes dunne santen, 1½ kopje dikke santen, 125 ml olie, suiker en zout

Stamp bawang putih, ui, jinten, ketumbar, kemiris en trassi in de vijzel fijn. Fruit de massa in de olie. Laos, salam, serai erbij, suiker en zout toevoegen naar smaak toe. De poulet of lende en de dunne kokosmelk erbij doen. Wanneer het vlees goed zacht is voegt U de dikke kokosmelk toe. Laat dit gerecht inkoken tot de olie komt bovendrijven.

Bumbu rudjak tjampur

0,5 blok tempé , 5 plakken tahu, 2 ons rundvlees,. 2 ons kokos, 1½ ui., 3 tn bawang putih, 5 rode lombok, 4 kemiri noten, 1schijf laos, 1 cm kunir, 1 daon salam, 1 serai stengel, 1tl bruine suiker, 0,5 tl zout, 0,25 lt olie,

Snijd het vlees in kleine lapjes, zo ook de tahu en tempé in kleine reepjes of blokjes. De andere kruiden fijn malen, behalve de laos, salam en serai. Pers uit de kokos 2 glazen santen. De plakken tahu en tempé worden voorgebakken in de olie, terwijl het vlees in de bumbu wordt gekneed. Zijn alle tahu en tempé stukken gebakken, dan wordt het gekruide vlees in de rest olie opgebakken. Voeg dan de daon salam en serai erbij. Is het vleesnat verdampt, 1 glas water erbij doen. Op laag vuur verder koken totdat het vlees gaar is. Dan worden de tahu en tempéstukken erbij gedaan, gevolgd door de santen. Laat het verder koken op klein vuur, totdat het vocht verdampt is en de olie eruit komt. Vergeet niet voortdurend om te scheppen tegen aanbranden. Voor mensen die van heet houden, cabé rawit er bij doen. Zout en suiker naar smaak toevoegen.

Bumbu rujak sapi 

500 gr. magere runderlappen, 6 el olie , 3 rode uien of gewone uien, 3 tn knoflook, 4 rode grote lomboks, 3 kemirinoten of kemiripasta (1 eetlepel), schijfje Laos, 1 el citroensap, 1 stengel serai ,1 tl trassi ,2 blaadjes Salam, 2 blaadjes jerukpurut, 1 kopje vleesbouillon, en 1 kopje santen, 1 el sambal oelek.

Snijd het rundvlees in kleine stukjes. Maak de pepers schoon, ontpit ze maar snijd ze niet fijn. De uien, knoflook fijn snijden, de kemirinoten in een vijzel fijn stampen of anders gebruikt u de pasta (makkelijk). Deze ingrediënten in 6 eetlepels olie fruiten, ook de lomboks en doe hier het vlees bij, ook de blaadjes, de serai en de sambal ulek. Stoof onder gesloten deksel het vlees langzaam gaar, na toevoeging van de santen en vleesbouillon. Geef hierbij mooie droge rijst en een frisse atjar.

Daging bumbu bali

5 ons runderpoulet, 8 tl sambal ulek, 4 tn knoflook , 4 rode lombok, 3 daon salam, 2 el olie, 2 tl trassi, 2 tl citroensap, 1 grote ui, 1 el azijn, 4 el kecap manis.

Kook de poulet zacht. Wrijf in de vijzel de ui, knoflook, sambal, lombok en trassi fijn. Fruit het geheel in de olie met salam en citroensap. Hieraan toe voegen de kecap, een scheutje water en een scheutje azijn. Roer het vlees erdoor en voeg suiker en zout naar smaak toe. Laat het gerecht even doorkoken.

Daging rujak

300 gr rundvlees ,1 tn bawang putih, 50 gr ui , 2 serai stengels 50 gr jahe, 1 el sambal 5 gr kunyitwortel , 165 gr santen 4 gr kemiri , olie , zout

Snijd het vlees in dobbelstenen en fruit die aan in een beetje olie. Maak de ui schoon en snipper deze goed fijn. Doe dit ook met de jahe, koenjit, kemiri en bawang putih. Fruit alles in een beetje olie en doe er de sambal en de serai bij. Voeg het vlees en de santen toe en laat het geheel op een klein vuur gaar sudderen. Voeg af en toe een beetje heet water of bouillon toe als het vlees nog niet goed gaar is en lijkt uit te drogen.

 Daging Duduk

500 gr. runderlappen, stukje trassi, 1 tl. citroensap, ½ tl. koenjit, ½ tl. djinten, 1 tl. ketoembar, 2 dl. santen ,wat zout, 1 grote ui, olie.

Snijd het vlees in blokjes. Pel de ui en hak hem fijn. Kook de stukken vlees gaar en bewaar het bouillon. Meng de kruiden goed door elkaar en bak ze samen met het vlees in wat olie lichtbruin. Giet dan de santen erbij en laat zacht stoven met het deksel niet helemaal op de pan, totdat het vocht is verdampt. Giet wat bouillon erbij en laat nog 15 minuten doorsudderen, bind de bouillon wat met bloem of aardappelmeel. Geef witte rijst erbij.

Daging sayur

Voor de boemboe: 2 uien, fijngesneden 2 teentjes knoflook, fijngesneden 6 rode lomboks, fijngesneden, zaadjes verwijderd als je het wat milder wilt hebben 2 cm laoswortel, geraspt 1 el. kemiripasta ½ tl koriander snufje komijn (djinten) blokje trassi van 1 x 1 cm eventueel wat zonnebloemolie Verder nog: 2 el. zonnebloemolie 250 gr biefstuk, in reepjes 2 ½ dl vleesbouillon (van tablet) 2 blaadjes salam 1 schijfje laoswortel van ½ cm 4 dl kokosmelk (blik) (of 1/4 blok santen) 125 gr. sperziebonen, in stukken 1 aubergine, in plakken 125 gr. Chinese kool in stukken 1 klein blik bamboo shoots (230 g), in repen 1 sjalot, in dunne ringen zout suiker citroensap 5 kleine rawits of 3 grote rode lomboks

Alle ingrediënten voor de kruidenmengsel(boemboe) in een tjobek (vijzel) fijnwrijven of in een keukenmachine tot pasta pureren, eventueel wat olie toevoegen. In de wadjan 1 el olie verhitten en kruidenmengsel ± 5 min. al omscheppend bakken. Reepjes vlees, bouillon, salam en laos toevoegen en aanvullen met zoveel water tot het vlees net onder staat. Mengsel aan de kook brengen en + 15 min. zachtjes laten koken. Sperziebonen toevoegen en ± 5 min. meekoken. Aubergine, kool en "bamboe shoots" erdoor roeren en gerecht nog 5-10 min zachtjes laten koken. Intussen in 1 eetl. olie sjalotje in ± 10 min. goudbruin bakken. Gerecht voor het serveren op smaak brengen met zout, suiker en citroensap. Bestrooien met sjalotringen en rode pepers. Serveren met witte rijst.

Frikadelpan

500 gram rundergehakt, 3 gekookte aardappelen (kruimig), 1 ei, 2 sneetjes brood of 4 el. paneermeel, 1 tl. nootmuskaat, 1/2 tl. kruidnagel poeder, 1/2 kopje gekookt water, 1 runderbouillonblokje, 1/2 kopje melk, peper en zout naar smaak, ketjap manis, 1/4 citroen of wat citroensap.

Kook de aardappels en stamp ze fijn. Los alvast het bouillonblokje op in een half kopje heet water. Oven voorverwarmen op 200 graden. Alles (behalve de ketjap en citroensap) in een kom mengen en in een ovenschotel doen, een flinke scheut melk er overheen gieten dan de oven in. 45 minuten op 200 gr. Na de 45 min. de schaal even uit de oven halen en 2 el ketjap manis met een kwart uitgeknepen citroen over het gehakt doen dan in de warme oven terug doen, laat het zo staan voor 5 minuten.

Gangsa

500 gr. rundvlees, 2 el. olie, 3 dl. water, 1 grote ui, 1 tl. sambal trassi, 2 rode lomboks, 1 tl. ketoembar, 1 tl. koenjit, 1/2 tl. kentjoer, 1 tl. asem.

Snijd het vlees in dobbelsteentjes. Maak een papje van de asem, zout en een eetl. water en marineer hierin het vlees minstens een uur. Hoe langer het vlees in de marinade staat hoe malser en smaakvoller het wordt. Pel en schil de ui en snipper hem fijn. Was de lombok, verwijder de pitjes en hak hem heel fijn. Wrijf de ui, de sambal, de lombok, de ketoembar, de koejit en de kentjoer tot een brij. Bak dit kruidenmengsel in de olie die niet te heet mag zijn. Voeg er dan het water aan toe en het vlees en laat het stoven tot het vlees zacht is.


Opor opor rundvlees

500 gram runder bieflappen 1/2 a 3/4 dl olie 2 grote uien 3 teentjes knoflook 1/2 el. assem 2 a 3 dl water 1/4 blokje santen Boemboe (kruidenmengsel): 2 fijn gemaakte kemirie nootjes 2 blaadjes salam 2 blaadjes djeroek poeroet 1 spriet sereh 1 plakje laos 2 tl ketoembar 1 tl. djinten 2 tl. palm- of riet -suiker (gula djawa) zout naar smaak

Snijd het vlees in dobbelsteentjes. Snijd de uien en knoflook fijn en fruit deze in de olie glazig. Voeg het vlees toe en fruit dit mee. om en om, totdat het lichtbruin is. Voeg de boemboes toe en fruit deze ook mee. Blus het geheel met assem opgelost in water en laat het vlees ongeveer een half uur sudderen. Voeg dan het blokje santen toe en laat dit smelten. Laat het vlees daarna nog een half uur sudderen. Verwijder voor het opdienen de blaadjes, de sereh en de laos. Selamat makan


 Rendang

500 gr rundvlees 10-20 verse rawit 3 uitjes 3 tn bawang putih 1 schijfje gember 1 schijfje laos 2 tl ketumbar 1 tl. jinten 3-5 kruidnagel 1 stengel serai ½ liter santen 5 – 6 el olie. 3 – 5 daon jeruk. Zout. 1 tl azijn (naar keus)

Vlees in plakjes snijden, niet groter dan 5 bij 5 cm. Rawit, uien, bawang putih schoonmaken en fijnsnijden en met de gember, kunyit en laos in de cobek fijnwrijven. Van de serai alleen de stam gebruiken,de bladeren wegdoen. Kruidenmengsel fruiten in olie, vlees erbij doen (en azijn), vervolgens de santen toevoegen. Op een laag vuur sudderen, totdat het vocht verdampt is en een dikke laag om het vlees zit. Als de santen van kokos wordt gemaakt, de uitgeperste klapper, sangrai (droog bakken zonder olie ) fijnstampen en bij het eten over de rijst en de rendang strooien.


Rendang Padang

500 gr rundvlees in blokjes gesneden,½ l. santen, 2 uien fijn gesneden, 1 st asam opgelost in 8 etl water, 1 tl suiker, 1½ tl zout, 4 schijfjes laos, 4 schijfjes jahe, 4 teentjes knoflook, 15 a 20 gedroogde cabe rawit (of 1 etl. Verse), 1 etl ketumbar, ½ tl jinten, 1 stengel serai gekneusd

Bak de uien, de knoflook en de kruiden in olie, uitgezonderd de serai. Voeg dan het tamarindawater (santen) toe, de suiker, het zout en de serai. Daarna de vleesblokjes en kook het op hoog vuur voor 5 min. Temper het vuur en laat het gaar worden. Voeg water toe als het te droog wordt. Als het vlees bijna gaar is, voeg dan de santen toe en laat het inkoken totdat het water bijna geheel verkookt is.